Per 1 augustus 2021 is ‘de wet ter verduidelijking van de burgerschapsopdracht voor scholen’ in werking getreden. Aan scholen wordt gevraagd om:
kennis, inzicht en respect voor basiswaarden ‘vrijheid’, ‘gelijkwaardigheid’ en ‘solidariteit’ te ontwikkelen, ook in hun onderling verband. Dit zijn de waarden die ervoor zorgen dat mensen met uiteenlopende waarden en normen vreedzaam kunnen samenleven;
sociale en maatschappelijke competenties te ontwikkelen;
een oefenplaats te creëren waar leerlingen op een veilige manier leren respectvol met elkaar en met elkaars ideeën om te gaan.
Scholen houden ruimte om vanuit de eigen identiteit zelf inhoud en vorm te geven aan burgerschapsonderwijs. Daarnaast blijven de huidige kerndoelen die te maken hebben met burgerschap (kennis van de democratie, de rechtstaat en de kerndoelen over grondrechten) ook gelden.
Basisschool St. Pancratius werkt middels onderzoekend en ontdekkend leren volgens het concept van ‘Thinking for Learning (T4L) aan wereld oriënterende vakken. Ook de burgerschapsdoelen vallen binnen deze thema’s waarbij er gebruik gemaakt wordt van de methode Blink Wereld. In Blink Wereld staat onderzoekend en ontdekkend leren centraal waarbij de echte wereld het uitgangspunt is. Blink Wereld laat kinderen zich verwonderen en maakt ze nieuwsgierig naar de wereld. Ze leren onderzoeken, zelf nadenken, de wereld ervaren en ontdekken – zodat ze actief hun kennis over de wereld vergroten en hun plek in de wereld vinden. Daar is burgerschap een integraal onderdeel van en in die zin
vanuit de aanpak van Blink Wereld geen los vak.
Een uitspraak van onderwijsfilosoof Gert Biesta verwoordt dit goed: ‘Het gaat er niet alleen om hoe we de wereld in onze kinderen krijgen, het gaat er ook om hoe we onze kinderen kunnen helpen om de verbinding met de wereld aan te gaan en op die manier in de wereld te
komen’. Goed burgerschapsonderwijs gaat dus over kinderen toerusten om op basis van eigen idealen, maatschappelijke waarden en normen te functioneren in een democratische en diverse samenleving.
Wat de kinderen precies gaan tegenkomen in de samenleving weten we niet, dus precies voorschrijven wat in welke situatie wel en niet kan is niet mogelijk en niet wenselijk. Ze krijgen kennis en vaardigheden aangeboden en worden gestimuleerd eigen opvattingen te ontwikkelen en een democratische houding te vormen.
Om dit mogelijk te maken worden in Blink Wereld veel verschillende situaties en contexten uit de echte wereld aangeboden waartoe kinderen zich gaan verhouden. Zo richten leerlingen in een van de thema’s spelenderwijs een fictieve politieke partij op. Met deze partij proberen de kinderen een wereldprobleem op te lossen. In de lessen leren ze eerst over de opwarmende aarde, vieze rivieren (Europese samenwerking), morele dilemma’s en opkomen voor je recht. Ze kiezen een probleem, onderzoeken de oplossingen en presenteren hun partij, hun probleem en hun oplossing aan de klas. Dan volgen de verkiezingen.
Daarnaast doen kinderen ervaringen op en ontwikkelen zij handelingsperspectieven. Dat gebeurt in Blink Wereld door ze actief aan de slag te laten gaan met onderwerpen die een spanning kennen tussen individuele en collectieve belangen of waarden of tussen verschillende collectieve belangen of waarden. Dat gaat over sociale, maatschappelijke en politieke onderwerpen, waarin we als mensen afhankelijk zijn van elkaar om tot een goede uitkomst te komen. Via het lesmateriaal worden dit soort spanningen, belangen- en waardentegenstellingen in de klas gebracht en krijgen kinderen kennis en vaardigheden aangereikt waarover ze zelf nadenken en met elkaar in gesprek gaan en zo tot (nieuwe) inzichten, besluiten en oplossingen te komen. Daarmee kan het klaslokaal een minimaatschappij worden waarin je kinderen toerust voor hun toekomstige rol als burger. Zo stel je ze in staat om zich niet alleen in de huidige samenleving te handelen
maar ook andere mogelijke inrichtingen van de samenleving te verbeelden. In vervolglessen vindt onderzoek plaats, worden er discussies gevoerd en leren leerlingen presenteren.
Er is op de Pancratius dus niet alleen aandacht voor de kerndoelen van wereldoriëntatie (en dus de kwalificatie), maar door het uitgangspunt van Thinking for Learning middels onderzoekend en ontdekkend leren ‘automatisch’ ook veel ruimte voor ‘socialisatie’, ‘persoonsvorming’ en naast ‘leren’ ook voor ‘ervaren’.
Kinderen leren in Blink Wereld bijvoorbeeld niet alleen over de Tweede Wereldoorlog (wie, wat, waar en hoe etc.) maar ook over wat al dan niet gewenst of mogelijk gedrag is (wel of geen verzet of collaboratie) en worden zich bewust van eigen denken en doen op basis van dilemma’s en het inleven in diverse situaties aan de hand van bijvoorbeeld ooggetuigenverslagen (wat zou ik in zo’n situatie doen en waarom?)
Naast lessen Thinking for Learning besteden wij aandacht aan actief burgerschap door kinderen bewust te maken van de normen en waarden die richtinggevend zijn in ons leven: wat is in onze samenleving sociaal aanvaardbaar en wat niet. Tevens leven we in een samenleving met een grote diversiteit aan bijvoorbeeld mensen, religies en culturen. De leerlingen leren hoofdzaken over geestelijke stromingen die in de Nederlandse multiculturele samenleving een belangrijke rol spelen en ze leren respectvol om te gaan met seksualiteit en met diversiteit binnen de samenleving, waaronder seksuele diversiteit.
We vinden het belangrijk dat eenieder de ander respecteert zoals hij is. De Europese grenzen zijn opengegaan; de wereld wordt steeds ‘kleiner’. Jonge kinderen groeien op tot wereldburger. Daarbij wordt de invloed van media waaronder het internet steeds groter. We willen kinderen leren hier kritisch en selectief mee om te gaan. Onze school probeert leerlingen een actieve houding mee te geven als het gaat om burgerschap. In de klas en op het schoolplein komt het kind in aanraking met gebeurtenissen die ook voorkomen in de samenleving. Wij oefenen daarom met de kinderen hoe zij kunnen omgaan met verschillende situaties, hoe zij zich bewust worden van hun gedrag en hoe zij vertrouwen in zichzelf krijgen.